In onze vorige blogpost gingen wij naar aanleiding van een klantvraag in op de verschillende redenen om toetsvragen te gebruiken in een e-learningcursus. In deze post duiken wij verder in de materie rond toetsen in een e-learningcursus en gaan wij in op verschillende toets- en vraagvormen.
Formatief of summatief toetsen
Het belangrijkste onderscheid in toetsvormen kan gemaakt worden tussen formatief en summatief toetsen. Een formatieve beoordeling gebeurt voor of tijdens het leren en is gericht op evaluatie van de voortgang en het geven van sturing aan het leerproces. Dit kan bijvoorbeeld een test zijn om de voorkennis van de cursisten te bepalen, maar ook een tussenevaluatie waar wordt gekeken wat het huidige niveau en de voortgang van de cursist is.
In welke vorm moet ik mijn toets gieten?
Een summatieve beoordeling vindt plaats aan het einde van het leerproces. Deze beoordeling is niet bedoeld om de cursist te helpen met het leren, maar om een beoordeling te verbinden aan de cursus. Een tentamen op de universiteit is hier een voorbeeld van, maar ook een meerkeuzetoets aan het eind van een e-learning module valt onder summatief beoordelen, mits deze gescoord en gemeten wordt.
Een ander voorbeeld is als de resultaten gebruikt worden om de effectiviteit van de cursus te evalueren. Wanneer bijvoorbeeld uit de resultaten blijkt dat het merendeel van de cursisten een onderdeel van de leerstof niet heeft begrepen, kan de cursus hierop aangepast worden.
• Meerkeuzevraag: Bij een meerkeuzevraag horen ten minste drie antwoordopties. Eén van de opties is juist, de anderen zijn slechts afleiders. Het is wel de bedoeling dat de afleiders geloofwaardig zijn, anders zouden ook cursisten die de stof niet goed geleerd hebben het juiste antwoord kunnen kiezen door logisch na te denken. Als variant op een meerkeuzevraag kunnen er ook meerdere juiste antwoorden tussen de opties gezet worden. Er moet dan wel duidelijk aangegeven worden dat dit het geval is.
• Waar/onwaar vraag: de cursist krijgt een stelling en moet bepalen of deze stelling waar of onwaar is.
• Stellingvraag: deze vraag bevat twee stellingen en de cursist moet bepalen of ze beide waar zijn, beide onwaar of dat één van hen waar is.
Open vragen
Naast gesloten vragen bestaan er ook open vragen. Een open vraag is een vraagtype waarbij een cursist het antwoord zelf moet formuleren; ten behoeve van de beoordeling moet er een correctiemodel of een beoordelingsschema zijn. Voorbeelden van open vragen zijn:
• In- en aanvulvragen: Bij dit soort vragen wordt van cursisten verwacht dat zij een onvolledige zin, berekening of tekening completeren.
• Korte-antwoordvragen: Op korte open-antwoordvragen antwoorden cursisten met een citaat, met enkele woorden, een enkelvoudige zin, een getal, een (eenvoudige) tekening of formule.
• Lange-antwoordvragen: Studenten dienen hierbij te antwoorden met samenhangende zinnen. Ook een toelichting, een gecompliceerde berekening, tekening of een bewijs bestaande uit verschillende stappen, zijn voorbeelden van antwoordmogelijkheden.
• Opstelvragen/betoogvragen: Typische antwoorden op opstelvragen/betoogvragen zijn: een samenhangende tekst, gestructureerd bijvoorbeeld naar inleiding, midden en slot, of een zeer gedetailleerde tekening of berekening die beide als een afgerond geheel worden beschouwd.
Conclusie
Open en gesloten vragen hebben elk hun voor- en nadelen. In e-learning wordt veelvuldig gebruikt gemaakt van gesloten vragen, voornamelijk omdat deze simpel en effectief door een computer te controleren zijn. Dit biedt echter niet altijd het beste leereffect of afspiegeling van de kennis van de cursist.
Hiervoor biedt het gebruik van open vraagvormen een uitkomst, echter vragen deze om een tijdrovende, persoonlijke beoordeling van een deskundige aangezien dit proces niet gemakkelijk geautomatiseerd kan worden. Tijd van een deskundige die vaak niet beschikbaar is! Een oplossing hiervoor is de toepassing van peer-review, iets dat in veel MOOCs al toegepast wordt. Peer-review vereist een specifiek review systeem en instelling bij de ontwikkeling van de cursus, maar biedt de mogelijk tot het gebruik van open vragen en essayopdrachten én biedt de cursisten de kans te leren van elkaars werken. Zeker iets wat het overwegen waard is bij de ontwikkeling van de volgende cursus!